Als de gemeente oordeelt dat de ontvangen klachten terecht zijn, kan de gemeente de administratieve procedure ongeschikt- /onbewoonbaarheid opstarten. Maar ook indien de termijnen van de waarschuwingsprocedure niet worden gerespecteerd of de woning is nog steeds niet conform na 3 maanden, kan dit de start betekenen van de administratieve procedure ongeschikt-/onbewoonbaarheid.

Om te onderzoeken of de ontvangen klachten terecht zijn zal de woningcontroleur van de gemeente een conformiteitsonderzoek ter plaatse uitvoeren. Als de gemeente oordeelt dat de klachten terecht zijn, vraagt ze aan Wonen in Vlaanderen om de woning te controleren en advies te geven over de woningkwaliteit.
Wonen in Vlaanderen is een agentschap van de Vlaamse overheid. Een woningcontroleur van Wonen in Vlaanderen zal een conformiteitsonderzoek uitvoeren. De woning is ongeschikt als ze minstens één gebrek van categorie II heeft en ongeschikt en onbewoonbaar als ze minstens een gebrek van categorie III heeft Op basis van het resultaat van dit conformiteitsonderzoek geeft Wonen in Vlaanderen een advies aan de burgemeester.
De burgemeester bezorgt iedereen het verslag van het woningonderzoek (dit is het technisch verslag met de lijst van gebreken die werden vastgesteld) en het advies van Wonen in Vlaanderen. Alle betrokken partijen kunnen hierop reageren.
Nadat iedereen de mogelijkheid heeft gekregen om te reageren op het resultaat van het woningonderzoek, neemt de burgemeester een beslissing. Als er ernstige gebreken waren kan hij beslissen om de woning ongeschikt of ongeschikt en onbewoonbaar te verklaren. De burgemeester heeft in principe 3 maanden vanaf het verzoek om een beslissing te nemen, maar dit is een termijn van orde. Hij mag dus ook na deze 3 maanden nog beslissen, zolang er geen beroep tegen zijn ‘stilzitten’ werd aangetekend.
Als jij, als eigenaar of huurder, niet akkoord gaat met de beslissing van de burgemeester, kan je binnen 30 dagen na de betekening van zijn beslissing per aangetekende brief beroep indienen bij de Vlaams minister van Wonen. Ook als de burgemeester drie maanden na jouw verzoek geen besluit heeft genomen of geen woningonderzoek heeft laten uitvoeren, kan je in beroep gaan bij de Vlaams minister van Wonen. Dit noemen we een beroep tegen het ‘stilzitten’ van de burgemeester. Je kan in beroep gaan tegen het stilzitten tot twaalf maanden na het verstrijken van de ordetermijn van drie maanden.
De minister van Wonen neemt een beslissing binnen 4 maanden. Als de minister binnen die termijn niet beslist, betekent dit dat het beroep impliciet is afgewezen. Het beroep kan gaan over zowel inhoudelijke als procedurele aspecten van het besluit, maar de uiteindelijke beslissing van de minister zal enkel betrekking hebben op de kwaliteit van de woning.