Informeren, adviseren en begeleiden van inwoners met vragen rond wonen
Beringen, Tessenderlo-Ham en Leopoldsburg
Wat is de waarschuwingsprocedure?
Bij de waarschuwingsprocedure zal de gemeente een bemiddelende rol opnemen tussen de huurder en verhuurder en proberen om tot een snel herstel van de gebreken in de woning te komen. De gemeentebeslist over het al dan niet opstarten van de waarschuwingsprocedure en is hier niet toe verplicht. De keuze voor deze procedure is afhankelijk van de kans op succes: welke zijn de gebreken en zijn ze snel te herstellen? Is de eigenaar bereid om de herstellingen uit te voeren?
Het uiteindelijk doel is dat de woning na 3 maanden conform is. De gemeente moet zich dus houden aan termijnen en resultaten.
Binnen 1 maand na de melding zal de woningcontroleur van de gemeente een conformiteitsonderzoek uitvoeren ter plaatse. Als de woningcontroleur bij het conformiteitsonderzoek vaststelt dat de woning niet conform is, dan kan de gemeente een hersteltermijn opleggen aan de eigenaar. Het opleggen van de hersteltermijn moet binnen de maand na de melding gebeuren. De gemeente bepaalt hoelang de hersteltermijn loopt, maar het moet altijd eindigen binnen de 3 maanden na datum van de melding. De gemeente brengt de eigenaar op de hoogte van de gebrekkige toestand en waarschuwt voor de gevolgen bij gebrek aan herstel. De gemeente licht ook de bewoner in over de toegestane hersteltermijn.
De eigenaar moet de gemeente, binnen de toegekende hersteltermijn, op de hoogte brengen van het herstel van de vastgestelde gebreken in de woning. Dit kan mondeling, schriftelijk, via e-mail,… en moet vooral tijdig gebeuren.
Zodra de eigenaar de gemeente op de hoogte brengt van het herstel van de gebreken, zal de gemeente een nieuw conformiteitsonderzoek uitvoeren in de woning. Dit tweede woningonderzoek moet binnen 3 maanden na het eerste conformiteitsonderzoek gebeuren. Als de woningcontroleur vaststelt dat alle noodzakelijke herstellingen werden uitgevoerd en de woning conform is, zal de gemeente een conformiteitsattest voor de woning afleveren.
Vertoont de woning toch nog gebreken van categorie II of III, dan zal automatisch de procedure ongeschikt- en onbewoonbaarheid starten, met startdatum 3 maanden na het eerste conformiteitsonderzoek.
Als de termijnen niet worden gerespecteerd of de woning niet binnen de 3 maanden aan de minimale woningkwaliteitsnormen voldoet, stopt de waarschuwingsprocedure. Bij een initieel verzoek start dan automatisch de procedure ongeschikt- en onbewoonbaarheid.
Bij een initiële melding kan de burgemeester op eigen initiatief de procedure ongeschikt- en onbewoonbaarheid starten of kan deze ervoor kiezen om er geen verder gevolg aan te geven. Als je als melder dan toch nog wilt dat er iets met je vraag of klacht gebeurt, dien je best een verzoek in bij de gemeente om de procedure ongeschikt- en onbewoonbaarheid op te starten.
Als jij, als eigenaar of huurder, niet akkoord gaat met de beslissing van de burgemeester, kan je binnen 30 dagen na de betekening van zijn beslissing per aangetekende brief beroep indienen bij de Vlaams minister van Wonen. Ook als de burgemeester drie maanden na jouw verzoek geen besluit heeft genomen of geen woningonderzoek heeft laten uitvoeren, kan je in beroep gaan bij de Vlaams minister van Wonen. Dit noemen we een beroep tegen het ‘stilzitten’ van de burgemeester. Je kan in beroep gaan tegen het stilzitten tot twaalf maanden na het verstrijken van de ordetermijn van drie maanden.
De minister van Wonen neemt een beslissing binnen 4 maanden. Als de minister binnen die termijn niet beslist, betekent dit dat het beroep impliciet is afgewezen. Het beroep kan gaan over zowel inhoudelijke als procedurele aspecten van het besluit, maar de uiteindelijke beslissing van de minister zal enkel betrekking hebben op de kwaliteit van de woning.